Een hernia is een overkoepelende term voor klachten aan de tussenwervelschijf. Deze schijf bestaat uit twee delen: een kraakbeen ring met een gelachtige kern. Als deze ring scheurt kan de tussenwervelschijf gaan uitpuilen. Er komt dan een druk op de achterliggende zenuwwortel te staan, waardoor er een lichte of ernstige ontsteking binnen een van de buitenste wervelkanalen kan ontstaan. Ook kan de gelachtige kern uit de schijf komen en rechtstreeks tegen een wortel aan duwen, wat zorgt voor een ontsteking van de zenuwwortel. De tussenwervelschijf kan in verschillende richtingen maar ook in verschillende mate scheuren. Een hernia geeft dus niet altijd hetzelfde klachtenbeeld. De meest voorkomende hernia in de nekregio zit op het niveau C5-C6, laag in de nek.
Omdat een hernia niet in de botten zit is dit niet goed te zien op een röntgenfoto. Deze aandoening kan men alleen op een MRI zien. Echter is het maken van een MRI alleen nodig op het moment dat mensen ten gevolge van de hernia uitgebreidere klachten krijgen, zoals uitval van spieren.
De standaardbehandeling voor een hernia is het conservatief, oftewel niet operatief, beleid. De fysiotherapeut stelt met de patiënt een aantal leefregels op en geeft oefeningen mee om zo goed mogelijk te kunnen bewegen. Een hernia is meestal na 12 weken weer goed hersteld.